
Clamping poezen? Ik kijk Suzan enigszins geamuseerd aan tot dat ze door heeft waar ik op zinspeel. Ze legt de schuurmachine waar ze zoeven nog druk mee in de weer was even aan de kant en reageert, “ Ha, ha, nee joh, niet ter vermaak van de gasten die hier straks komen, maar voor de muizen”. Ik zag het al helemaal voor mij. Want zodra je bij Rancone lodges het terrein op rijdt zou je bijna denken dat er werkelijk ook een paradijs op aarde bestaat. Logeren daar en als entertainment de clamping-poezen, dames in strakke pakjes met staart en natuurlijk een mascherina oftewel mondkapje, die je bij binnenkomst ontvangen met een hapje en een drankje en wie weet wat nog meer.
Maar helaas, mijn fantasie slaat weer eens op hol en realiseer ik mij dat het gaat om twee nieuwe medewerkers die als taak krijgen de muizen op afstand te houden. Dus geen inzet van zware chemicaliën of stuiptrekkende lijkjes in een klemmetje, nee, we spreken hier van een echte katten patrouille. Ze zijn nog in opleiding maar het kan zo maar zijn dat ze straks, als blijkt dat ze zijn opgewassen tegen hun taak in het rijtje van bekende katten komen te staan. Zou toch mooi zijn als je in de eregalerij van muizenvangers samen met huiskat Humphrey van Downingstreet 10 wordt genoemd. Wat dacht je van Brad Kitt en Clawdina in de Garfagnana?
Maar goed, alle gekheid op een stokje, vanmiddag laten wij even de boel de boel wat betreft onze eigen verbouwing en genieten we van de rondleiding over de clamping “Rancone lodges” waar we voor het laatst in februari zijn geweest vlak voordat Corano vond dat we maar eens 2 maanden tot bezinning moesten komen. Ik zeg “even”, want tijd is hier een race tegen de klok, zeker omdat de eerste Nederlandse gasten al over 2 weken arriveren. Direct nadat Conte op 3 juni de grens weer had opengesteld voor buitenlanders zijn de hulptroepen vanuit Nederland massaal in de auto gestapt richting de Garfagnana om hun steentje bij te gaan dragen aan het tweetal dat zich zo kranig heeft gehouden tijdens de lockdown.
Onder de schaduwrijke bomen liggen de schapen. Het is warm en ze hebben de winterjas nog aan. Willem heeft zijn kudde inmiddels in het oor gefluisterd dat de verlossing nabij is en ze over een paar dagen van die jas worden bevrijd. De bordercollies rennen glimlachend over het immense terrein. “Hondenleven”, hoezo? Het is een en al plezier wat de klok slaat.
Aan het zwembad luieren een paar Italiaanse “vroege” gasten. Nog wat onwennig bij zo veel vrijheid en ruimte. Alles oogt relaxed. Hier en daar wordt nog wat getimmerd en geboord maar daar schijnt geen mens of dier zich aan te storen.
Ik zou hier nog wel uren willen blijven. Een beetje mijmeren in de namiddagzon met mijn blik op de omliggende heuvels waar je de diverse kerktorentjes kunt tellen van de verstilde dorpen. Mijn zintuigen laat prikkelen door de geur van het pas gemaaide gras. Zomer, bijna! Maar het is tijd om op te stappen. En na de nodige “baci nel Vento” stappen we in onze Panda en tuffen huiswaarts. In de achteruitkijkspiegel vervaagt langzaam het paradijs uit ons gezichtsveld.
Op naar het onze!